OR heeft invloed op scholing personeel

04-05-2023

Werkgevers zijn wettelijk verplicht om de kennis van de werknemers op peil te houden en scholing aan te bieden. De ondernemingsraad (OR) kan hier op basis van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) invloed op uitoefenen.

Instemmingsrecht

De OR heeft op basis van de WOR instemmingsrecht bij een voorgenomen besluit van het bestuur tot vaststelling, wijziging of intrekking van regelingen op het gebied van personeelsopleidingen. De OR heeft instemmingsrecht bij de volgende aspecten van het opleidingsbeleid van een organisatie:

  • selectie en vaststelling van relevante opleidingen per functie;
  • de vaststelling van gewenste en verplichte bij- en nascholingen naar functie;
  • protocollen voor het omgaan met scholingswensen van werknemers;
  • algemene bepalingen over studieverlof en compensatie van studiekosten;
  • keuze voor intern of extern opleiden;
  • de manier waarop het opleidingsbudget van de organisatie wordt besteed;
  • terugbetalingsregeling bij voortijdig vertrek werknemer.


Instemmingsverzoek

Ontvangt de OR een instemmingsverzoek van de bestuurder, dan gaat de OR onderzoeken of de regeling voldoende aansluit bij de scholingswensen en behoeften van de werknemers. Bovendien kan de OR meekijken of het bestuur de wettelijke verplichtingen en cao-bepalingen over scholing naleeft en bijvoorbeeld ook het scholingsbudget eerlijk over de werknemers verdeelt.

Advies over opleidingen

De OR kan van mening zijn dat er ruimte is voor verbetering in het opleidingsbeleid. In dat geval kan de OR dat onderwerp op de agenda zetten voor de overlegvergadering met het bestuur. Tijdens dat overleg kan de OR het bestuur ook informeren over de wensen en behoeften van de werknemers en wijzen op eventuele knelpunten in het beleid. Op basis van het initiatiefrecht is het voor de OR ook mogelijk om het bestuur (ongevraagd) te adviseren over verbeterpunten in het opleidingsbeleid.