Niet alle werknemers willen thuiswerken

06-10-2022

Het is vanwege de vele voordelen van thuiswerken goed voor te stellen dat een organisatie thuiswerken zelfs als de standaardwerkwijze wil gaan hanteren. Hiervoor moet de organisatie wel duidelijke afspraken maken. Maar hoe zit het met de werknemers die liever op kantoor willen werken? De organisatie kan ze niet zomaar verplichten om (deels) thuis te werken.

Werkplek is een arbeidsvoorwaarde

Werkgever en werknemer spreken in de arbeidsovereenkomst een standplaats af: de plek waar de werknemer gewoonlijk zijn werkzaamheden verricht. De organisatie verwacht echter van de werknemer dat hij gehoor zal geven aan redelijke verzoeken van zijn leidinggevende om zijn werkzaamheden elders te verrichten. Doordat de organisatie in de arbeidsovereenkomst de standplaats afspreekt, is de werkplek een arbeidsvoorwaarde van de werknemer. Ook als de organisatie hier niets over heeft vastgelegd, kan er dus sprake zijn van een arbeidsvoorwaarde die is ontstaan doordat de werknemer jarenlang dezelfde werkplek mocht verwachten.

Wijziging van werkplek

Voor het wijzigen van een werkplek die een arbeidsvoorwaarde is, heeft de organisatie de individuele instemming van de werknemers nodig. Daarbij moet de organisatie kunnen uitleggen waarom de wijziging nodig is. Gaan de werknemers niet akkoord de wijziging? Dan is alleen een eenzijdige wijziging van de werkplek in theorie nog een mogelijkheid. In de praktijk lijkt dit niet bepaald kansrijk. In feite komt dit er namelijk op neer dat het belang van de organisatie om alleen maar thuis te werken zó groot moet zijn dat het belang van de werknemer om zijn arbeidsvoorwaarde te behouden ondergeschikt raakt. Een verplichting tot plaatsonafhankelijk werken – dat breder is dan thuiswerken – heeft meer kans van slagen.

Rechten van de werknemer

De werknemer heeft verder ook andere rechten van de werknemer. Zo bevat het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens een recht op respect voor iemands privéleven, familie- en gezinsleven en woning. Daar lijkt een permanente en ongewenste inmenging van de organisatie niet mee te rijmen.